Southern Small Detached reef
Nog meer haaien

Tegen beter weten in doen we of we slapen tot dat rond 7 uur DIVETIME! over de boot klinkt. Worden we gebrieft door Demi. Hij spreekt eigenlijk nauwelijks Engels en zijn kennis is niet echt van hoog niveau. De Hibernia Entrance is een opening tussen het ribbon reef wat vanaf Cairns tot de Torez strait bijna onafgebroken doorloopt. De hoeken van zo’n reef zijn altijd vol leven. Rond de punten van het rif is namelijk relatief veel stroming en dat betekent eten. Veel plankton wordt opgewarreld door de stroming en dat trekt weer kleine en grote vis. Kleine vissen worden weer gegeten door grote vissen en zo heb je dus bij dit soort stroomgaten veel leven. De stroming kan dus wel sterk zijn maar dat is met bootduiken geen enkel bezwaar, je laat je gewoon mee drijven. Vanaf het eerste moment is duidelijk dat vooral de koralen van dit rif ontzettend mooi zijn. Overal is het koraal uitbundig in al zijn kleuren en vormen. Knalblauwe, helgroene, bijna zwart, geel. Een knalrode schorpioenvis (de enige van de hele week trouwens) ligt op een helwit stuk koraal te tukken, te lui om zich te camoufleren en waarom zou je ook als giftige vis.

 De rest van de duik speelt zich af met bewonderen van de koralen. Er tussen zitten anemoonvissen, kleine kleurrijke koraalvlinders, rifbaarzen, soms wel honderden als een sneeuwbui bij elkaar, papagaaivissen. Na bijna een uur komen we weer boven. De duiken zijn op één of andere manier heel lang hier, het luchtverbruik speelt mij in ieder geval niet echt parten. Eenmaal aan boord ruimen we de spullen op en schuiven aan voor het echte ontbijt terwijl de boot op weg gaat naar de volgende stek.

Daar komen we rond een uur of 10 aan. Demi stamelt zich weer door de briefing (op het video’tje niet goed te horen in verband met het onderwater huis), af en toe aangevuld door Nao als hij het echt niet meer weet. Het wordt Bligh Reef, de doorgang die Captain Bligh vond op zoek naar de overlevende van de muiterij op de Bounty (die hij overigens vond en opsloot in een kooi en daar liet zitten toen zijn schip op een rif liep en zinkende was…). We maken de liveboat exit en dalen af. Gelijk komt er een grote zilverpuntrifhaai op ons af met de buikvinnen naar beneden. Iemand heeft ons ooit verteld dat dat een signaal is voor agressie. We zijn dus op onze hoede maar de haai paradeert een rondje of 5 en vertrekt dan. Hij is wel de grootste haai die we tot nu gezien hebben, zeker rond de 3 meter. Tussen het koraal zie ik een prachtig gekleurd krabje met een enorme schaar die constant heen en weer gaat alsof ie wil zeggen, kom even binnen! Het rif begint als een flauwe helling maar veranderd al snel een in bijna loodrechte wand. Als je even niet oplet zit je 5 meter dieper en aangezien de eerste duik ondiep was, zo’n 20 meter, moeten we dus opletten dat we daar niet overheen gaan. Een enorme kogelvis, vast zo’n 30 centimeter schiet voor ons langs. We zien een knalrode bal, met nog een puntje anemoon eruit, een volledig opgekrulde anemoon, met erom de familie die normaal in de anemoon woont die onrustig heen en weer zwemt. Ergens kruipt een soort slangetje of slakje rond, die er een beetje uit ziet als een kerstversiering, een soort slinger. We bekijken hem van alle kanten maar kunnen er kop nog staart van maken. Langs de muur zwemmen veel makrelen langs, sommige erg groot, zo’n 1 meter. In de verte zien we nog een haai maar die wacht niet op ons en vertrekt. We gaan naar de 5 meter om de veiligheidsstop te maken en worden omcirkeld door een school makrelen. De beesten zijn niet agressief maar ze hebben altijd zo’n boze kop. Ze kijken je altijd aan of ze ieder moment in een woedeuitbarsting kunnen uitvallen. Boven gekomen hangen we af en is het lunchtijd. De routine begint al in te zetten, slapen, eten, duiken, eten ,duiken,eten, duiken, eten en dat dan zeven dagen achter elkaar. We hebben een paar uurtjes om te luieren na de lunch en doen dat op het voordek, eigenlijk de enige plek waar je lekker in de zon kunt liggen. Rond 2 uur is het alweer DIVETIME en krijgen we een briefing van Molly.  Die is eigenlijk hostess maar tegelijk ook in opleiding voor divemaster. Ze doet haar best, alhoewel je merkt dat ze geen ervaring heeft, toch doet ze het de eerste keer al veel beter dan Demi voor de honderdste keer. We gaan duiken in de Blue Lagoon, een open deck dive, dat wil zeggen tussen 3 en 7 uur kun je duiken wanneer je maar wilt. Er is altijd iemand op het achterdek om je te helpen. Altijd als je van boord gaat moet je een lijst tekenen en als je weer terug komt ook en ze houden zich er streng aan, wat heel verstandig is en ook een veilig gevoel geeft. We gaan gelijk het water in en langs de landvast gaan we naar beneden. De Blue Lagoon is een baai met verspreid een aantal bommies, ik hou daar altijd wel van. Het is lekker rustig, bijna nooit stroming, je kunt zo lang je wilt rondneuzen in alle hoeken en gaten en dan pas zie je echte schoonheid van het rif. De piepkleine vissen, de naaktslakken met hun prachtige kleuren. Twee prachtige keizersvissen vergezellen ons en blijven wel 5 minuten om ons heen zwemmen. We zien een naaktslak, rood met witte stippen (?) over het koraal heen kruipen. Ze zien er altijd heel wonderlijk uit met zo’n palmboompje op hun rug, zeer nuttig overigens want dat zijn hun longen. We zien een hele mooie anemoonvisfamilie waarbij er een uitspringt die ik ook niet in de boeken terug kan vinden, namelijk een

 knalrode met zwarte strepen in plaats van de witte strepen zoals de rest van de familie. (mocht ik de eerste zijn die hem ontdekt heb dan noem ik hem Amphiprion Wilhelmus…) Opvallend veel zeekomkommers kruipen over het zand tussen de bommies. Zo’n 20 centimeter dik en 1 meter lang, blijven het toch rare gevallen. Aan de voorkant vreten ze zand op en aan de achterkant poepen ze het weer uit. Als we boven 1 van die komkommers hangen schiet er op eens een onder het zand verborgen Pijlstaartrog weg, een soort die we weinig zien deze vakantie, sterker nog dit zal de enige blijven. We komen Rich, Penny & Annie tegen en die wijzen naar een rotsblok. Als we dichterbij komen begint opeens een stuk van het koraal te zwemmen en beweegt heel gracieus uit onze buurt. De giant cuddlefish, een inktvis, heeft zich meesterlijk gecamoufleerd.

Hij landt op het koraalzand en veranderd gelijk in een witte inktvis. Als we weer naderen schiet hij weg en veranderd van wit naar donkerbruin. We laten hem verder met rust en draaien om naar de Nimrod. Op de landvast hangen we uit en maken een fotoserie van onszelf, maar echt succesvol is ie niet: of ik sta er half op of Tanja. Rond kwart voor vier stappen we weer aan boord.  Er staat meloen klaar en stukjes ananas als snack tussen door. We besluiten om 7 uur een nachtduik te gaan maken. Die valt eigenlijk een beetje tegen. We zien wel veel mooie dingen maar de duik van vanmiddag had de suggestie gewekt dat dit een nachtduikstek bij uitstek was en dat is niet echt zo. We zien een grote Seahare, een rode en een bijna zwarte, wat mooie zeesterren, garnalen, een heremietkreeft en dat is het eigenlijk wel. Zo’n drie kwartier later staan we weer boven. Terwijl we uit het water willen komen zwemt er een aal rond die jacht maakt op kleine visje die aangetrokken door de lampen van de boot, bij duizenden rondzwemmen. Hij laat zich door niets afleiden, als David boven komt hangt de aal half over de schouders van David en driegt uit het water te worden getild. Nao kan de verleiding niet weerstaan en probeert hem te pakken maar daar is hij te glad voor. We kunnen aanschuiven aan tafel want het eten is klaar. Na het eten kijken we een video, The Rabbitproof fence, een film over een Aboriginal familie. Rond een uur of 11 vallen we in slaap op de bank en kunnen nog net de moed op brengen om naar de cabin te gaan. Vanavond begon Ian weer met Apoligies to Cabin nr. 3 dus morgen weer wakker worden met ratelende kettingen.

Southern Small Detached reef
Nog meer haaien