Saltpier blijft toch een topstek
Manta!!!

Vroeg wakker door de warmte, maar wel lekker geslapen. We gaan vandaag naar de oostpunt van het eiland achter de Bopec tanks. Het is een prachtig rit langs de kust als je eenmaal voorbij Kralendijk bent. De weg slingert zich langs een steile rotswand en de zee door, overal steken leguanen en hagedissen de weg over. Net voorbij Karpata, een vervallen en leegstaand landhuis gaat de weg naar rechts richting Rincon maar wij gaan rechtdoor richting het Goto meer. Daar stoppen en bekijken een groepje Flamingo’s die in het ondiepe water van het meer staan te foerageren.

Een schril contrast, grote, lelijke olietanks op de achtergrond en daarvoor een groepje prachtig dieproze vogels. We rijden voor de olietanks en of het er iets mee te maken heeft, de stank van de uitlaat van de huurauto wordt zo erg dat stoppen bij Salina Tern om even bij te komen. Gisteren hadden we er ook al last van de stank maar het wordt steeds erger. Eigenlijk is de jeep heel niet zo handig. De duikspullen liggen onhandig achterin opgestapeld, je kunt de auto niet op slot doen, maar bovenal stinkt ie verschrikkelijk. We zitten op de grote brokken koraal die gebruikt zijn om de salina af te dammen van de zee. Als het weer gaat, rijden we verder over de bochtige weg en rijden door tot Nukova beach, klinkt stoer maar is een strandje van 3 meter breed. Daar zetten we de auto neer en gaan ons omkleden om te gaan duiken. Terwijl we bezig zijn komt er een man naar boven geklauterd en we raken aan de praat. Hij is een freediver, van Curaçao, en begint een uitgebreid verhaal over freediven op Bonaire. Na afscheid te hebben genomen gaan we op zoek naar de doorgang door het koraal dat hier tot vlak onder de waterspiegel staat. Er is één smal doorgangetje dat je met veel zoeken en met je bril onderwater speurend kun vinden. Eenmaal er door begint een mooie duik. De drop-off is vrij dicht aan de kust en gaat redelijk steil naar beneden. De zon is intussen achter donkere wolken verdwenen en dat maakt een duik er niet mooier op. Het begint ook nog te regenen en naar het geluid te horen, lijkt het wel een stortbui, het ruisen van de bui is heel vreemd hard. Als we boven komen blijkt het inderdaad een stortbui geweest te zijn, want over de richel van het strandje gutst een grote roodbruine modderstroom de helling af over het strandje de zee in. Pas als we dichterbij door de rode drab heen poedelen realiseren we ons dat we een probleem hebben. De smalle doorgang door het koraal is op deze manier absoluut niet terug te vinden en voor ons strekt zich een 30 meter breed koraalveld uit met heel scherpe punten en schurende randen en gemene kuilen. Hand in hand en heel voorzichtig trotseren we de rode smurrie en komen na veel vallen, opstaan, schelden en tieren zonder kleerscheuren op het strand aan. Van de weeromstuit besluiten we de rest van de dag rustig aan te doen en leveren onze lege fles in bij de duikschool, spoelen onze spullen en gaan naar Joop en Gemma terug. Daar hangen we de hangmat die we meegenomen hadden op en vermaken ons met wat lezen, zonnen en luieren. ’s Avonds gaan we bij een lokale tent eten in Antriool maar als we er aankomen blijkt hij gesloten en halen we Chinees. Dat is niet wat wij Chinees noemen, hier is het een echte Chinees. Terwijl we wachten drinken we het koudste biertje ooit, volgens mij net boven 0˚. De hoeveelheden die je krijgt zijn wel van Nederlands formaat. Terwijl wij eigenlijk al buiten stonden met vier tassen kwam de eigenaar achter ons aan met nog vier tassen waar nog meer eten in zat. Lekker dingen hebben ze wel, kerrie kip en ook gebakken Conch, de lokale schelp met heerlijk stevig vlees.

Saltpier blijft toch een topstek
Manta!!!