The longest drive
Op pad met een crimineel 🙂

Vakantie, daar stel je je toch iets bij voor van: tot rust komen, je tijd nemen, alleen maar dingen doen wanneer jij daar zin hebt en uitslapen.. Tot zover de meest geaccepteerde beleving van vakantie.

Het is tot op heden nog niet helemaal duidelijk welke onverlaat / enthousiasteling het bedacht heeft, maar hij / zij is er voor verantwoordelijk dat we weer eens om 0600 uur (een uur voor zondopgang) opstaan en enigszins verdwaasd door de Afrikaanse nachtkoude onze bammetjes met Zuid Afrikaanse Goudse kaas eten.

Een open truck / jeep, die zichtbaar al heel wat safarirondjes op de teller heeft staat om 0730 uur klaar om ons af te voeren naar het startpunt van onze anderhalf daagse trip in de Okavango delta. Op de kampeerplek was al duidelijk dat het water redelijk hoog staat in het moerasachtige gebied. Na onze arctische ochtendexpeditie in Kruger Nasionaal Wildtuin is het wederom een moment van koude rijwind trotseren. Sommige ingepakt als Eskimo’s, anderen in elkaar gedoken, maar allen “eager” om elke joule van zonne-energie te absorberen.

Het transport leidt al snel naar het domein van de 4-wiel-aangedreven auto’s. Landschappen die zich openbaren zijn erg plat maar fenomenaal. Heel veel water en nog meer vogels. Het autootje stuitert door en over het mulle zand op een manier waarbij in het vliegtuig de service gestaakt zou worden en de bordjes “seatbelt on” op zou lichten. Na een dik uur stuiteren door 100% Afrika (lachend zwaaiend klein grut, met nog kleiner grut op de arm, in de middle of nowhere, in het stof voor een lemen hutje met rieten dak) zijn we er.

Wederom worden er weer een paar mensen aan ons voorgesteld. Bob, Etsi, Niu, Nathan, Patson, Cox ….. we raken de tel kwijt; maakt verder niet uit. Een kapotgetrapt veldje verandert heel snel na aankomst in een logistiek centrum. Mensen komen uit alle hoeken en gaten, autootjes met vracht en andere gasten rijden af en aan, maar het duurt niet lang voordat we met onze eigen mokoro (traditionele kano, die tegenwoordig als plastic uit China/Korea komt) de delta invaren.

De delta is het eindpunt van de Kavango-rivier die zijn oorsprong heeft in de hooglanden van Angola en hier over een breedte van talloze honderden kilometers uitwaaiert over een zanderige bodem. Het resultaat is een moerasachtig gebied vol riet en olifantengras, eilandjes met bosschages en een enorme hoeveelheid leven dat daardoor wordt aangetrokken.

Cox en Nathan sturen ons al kwebbelend over het water en de kanalen. Er openbaren zich bij aanvang heel vluchtig een paar olifanten maar die verdwijnen net zo snel weer als ze kwamen. Nathan en Cox ratelen in hun eigen taaltje (het Sintwana) maar door. Er is geen chocolade van te maken. De delta is niet alleen door Nathan en Cox geen stiltegebied te noemen. Al zouden de twee niet babbelen dan zijn het wel de talloze helikopters en vliegtuigjes die toeristen rondvliegen voor genoeg herrie zorgen. Beetje jammer wel.

Ergens 3 kilometer van het opstappunt landen we op een eiland waar het kamp wordt opgeslagen. Wij worden gemaand vooral niets te doen en aan een tafeltje te gaan zitten. Ondertussen zijn zes personen aan het werk voor vier witmensen; je zou er neokoloniale gevoelens van kunnen krijgen.

Wat volgt is wellicht één de meest efficiënte methoden om iemand pukkels te bezorgen; een verplichte pauze van 4,5 uur. Of zoals men het verkoopt: een rustpauze voor de bootmannen. Ruim 4,5 uur zitten we gevangen in onze eigen natuurgevangenis. We mogen niet te ver van het kamp af want “dangerous animals”. Het voelt niet goed en het gevoel dat Napoleon op Elba meer vrijheid had dringt zich sterk op. Lezen, rusten en spelletjes zullen we spelen tot de volgende activiteit. Sommigen noemen het al dan niet verplicht ontstressen, anderen zonde van de tijd en weer anderen hebben heel veel moeite om te voorkomen dat de geduld-subroutines in een fatale error loop terecht komen. Misschien toch maar even afleiding zoeken in lezen ofzo.

Geheel ontspannen en ontstresst gaan we aan het einde van de middag aan de tippel. De zon is bezig met het afronden van weer een ongehinderde dinsdag en in het laatste avondlicht doet Cox zijn best om een leuke wandeling te verzorgen. Het is een goede jongen hoor, maar vooral een gids die aanwijst wat toevallig zijn pad kruist. Dat levert zo nu en dan mooie plaatjes op en het feit dat de benenwagen ook weer actief is draagt zeker bij aan de mooie ervaring, maar wij hebben toch een voorkeur voor een gids die actief op zoek gaat naar bijzondere dingen. Hetzelfde kan gezegd worden voor de ochtendwandeling. Na een overnachting die diverse rug- en heupblessures heeft opgeleverd wordt de wandeling met vreugde omarmd. Er zijn leeuwen gespot en Cox als onze hopman probeert ze te vinden. We vinden slechts een door leeuwen soldaat gemaakte gnoe die bij wijze van spreken nog nadampt in de ochtendkoelte en een schedel die kennelijk veel langer geleden op het menu heeft gestaan.

Na de wandeling is het weer 2,5 uur wachten tot we terug kunnen naar onze kampeerplek. Al met al kan de Okavango delta-mokoro trip zoals wij die hebben gedaan tot 1 dag worden ingekort. Alles bij elkaar hebben we ongeveer 8 uur niets gedaan en zitten wachten tot het volgende moment van actie. Je kan niet alles van te voren weten, maar de trip levert na veel moois ook gemengde gevoelens op. Eigenlijk zijn we gewoon een stelletje verwende witmensen die al veel moois hebben gezien en die de lat wellicht te hoog leggen. Aan de andere kant …. de organisatie van verkochte trips mag voor een toerist die goed betaald ook wel wat meer bieden dan “this is how we do it”.


The longest drive
Op pad met een crimineel 🙂