Snoekeneiland
Walvishaaien

IMG_0486
IMG_0466Duiken binnen een vereniging is hartstikke leuk: het is gezellig, je leert er van alles en toch is het soms heerlijk om gewoon met je buddy naar Zeeland te vertrekken en daar in alle rust met zijn tweeën een duikje te maken. En dus staan we op een doordeweekse dag aan de waterkant bij de Zeelandbrug te wachten op de kentering van het getijde. We zijn wat vroeg maar ’t is aardig weer dus wachten is geen probleem. We zijn de enige en ook dat is een voordeel van doordeweekse duiken, geen problemen met parkeren en onderwater heb je ook alle ruimte… Nou vergeet dat dus maar! Zo rond half mei breekt de sepiagekte los en kun je op een gewone doordeweekse dag opeens een stoet van zo’n 10 auto’s de parkeerplaats van de Zeelandbrug op zien draaien. Nederlanders, Duitsers, Belgen, zelf Engelse komen af op de prachtige sepia’s die in het voorjaar de Oosterschelde op zwemmen om te paren, eieren te leggen en vervolgens af te peigeren. Als we te water gaan wordt ons echter al snel duidelijk dat de kans op sepia’s vrijwel 0% is want het zicht varieert tussen de 1 tot zeker 1,5 meter. Tegen beter weten in gaan we toch op zoek en vinden wonder boven wonder de kooi en de sepiarekjes. Daar zien we wat pijlstaartinkviseitjes hangen maar sepia’s? Voor het zelfde geld zijn ze op twee meter afstand in rijen van 4, als echte Lido danseressen, een Can-Can dans aan het uitvoeren waarbij ze alle tien de benen tegelijk in de lucht gooien. Teleurgesteld komen we na 50 minuten boven water, sjouwen over de dijk heen en vinden op de parkeerplaats een twintigtal mededuikers die (gelukkig) net zo teleurgesteld zijn. Het plan was om de tweede duik bij de Bergsche Diepsluis te maken maar ook dat is Oosterschelde en nog een keer door het modderwater heen worstelen is niet erg aantrekkelijk.

Sepia’s

Toch besluiten we wel te gaan, want met sepia’s zoeken is het net als met verliefd zijn: je moet kansen creëren om je voorwerp van adoratie te ontmoeten! En dus vertrekken we naar Tholen. Bij de Bergsche Diepsluis is het druk, mogelijk nog drukker dan bij de Zeelandbrug maar voordeel van deze duikstek is dat je er op ieder moment van de dag kunt duiken omdat je vrijwel geen last hebt van het getijde. Er is op initiatief van de NOB een mooie trap gemaakt zodat de instap heel simpel is, kortom een duikstek voor iedereen. Als we ons om staan te kleden, trekt Remco zijn seal kapot. K&*@!!! Maar onze buurman redt de duik door een rol gaffa-tape te voorschijn te trekken. De seal wordt stevig afgeplakt, zodat de hand net niet blauw aanloopt. Als we naar het water sjokken komen we twee terugkerende duikers tegen met een enorme grijns op het gezicht: ze hebben een hele tijd bij een groep sepia’s rond gehangen! Ze geven een richting en diepte en vertellen verder dat het zicht niet echt slecht is, dus vertrekken we met extra goede moed voor de klim over de dijk. We besluiten om eerst naar het platform te gaan, dat recht voor de trap ligt en vervolgens richting de tonnen van de mosselhangcultuur te zwemmen waar de andere duikers de sepia’s gezien hebben. We verdwijnen onderwater en onze monden vallen (figuurlijk) open: is dit dezelfde Oosterschelde van net? Het zicht is briljant! IMG_05536
,7 meter! Vol goede moed gaan we met kompaskoers 210 op weg naar het platform op 10 meter diepte, want op internet wordt gefluisterd dat je daar pijlstaartinktvissen kunt tegen komen. Eenmaal rond de 11 meter realiseer ik me dat we het platform ondanks het goede zicht, gemist moeten hebben. We overleggen al gebarend, wapperen wat met vinnen en handen en ik denk begrepen te hebben dat we het platform laten voor wat het is en naar de mosselhangcultuur vertrekken maar Remco heeft begrepen dat we nog wat verder doorgaan naar het platform. Heel gek maar zelf met 6 meter zicht ben je elkaar in seconden kwijt als één duiker koers 210° zwemt en de ander 320°… En dus voor het eerst in mijn duikcarrière zwem ik helemaal alleen in de rondte: buddy kwijt! De stofwolk die we gemaakt hebben tijdens ons overleg geeft weinig houvast, ik zwem er een minuutje in rond maar vindt Remco niet en begin ik aan de opstijging vanaf 11 meter. Boven gekomen zie ik Remco niet en ook al verschijnt hij een halve minuut later, je kunt heel veel nare scenario’s verzinnen in 30 seconden. Gelukkig blijft het bij verzinsels en besluiten we boven water een stuk richting de tonnen te zwemmen. Halverwege besluiten we om de intussen pittige wind en dito golven te ontwijken door onder te duiken. Het is prachtig onderwater. Weliswaar zijn er nauwelijks basaltbokken en bestaat het leven uit kleine plukken flora en fauna maar die zijn wel erg leuk: spinkrabjes, jonge steenbolken, hooiwagenkrabjes, oorkwallen en de sierlijke kompaskwallen, minuscule scholletjes, groenewierslakken (die hier overigens geel of oranje zijn) en na verloop van tijd verschijnen de eerste sepia rekjes. Remco is vastbesloten om ze te vinden en speurt met een helikopterview rond, ik ben al 8 jaar op zoek naar de beestjes en heb me er bij neer gelegd dat het deze keer ook wel weer niets zal gaan worden en stort me (figuurlijk dan) op het kleine leven. We speuren alle sepia rekjes af, kijken boven ons, links, rechts, achter ons maar geen sepia’s. Teleurgesteld besluiten we om te keren. Op dat moment zien we links een flits van een fototoestel. Natuurlijk kan het een foto van een naaktslak zijn maar even checken kan geen kwaad. We komen aan bij drie duikers die rondom een sepiarekje liggen en rond dat sepia rekje…. 6 sepia’s!!!!! We gaan op een leeg stukje van de kring duikers liggen en kijken ademloos toe.

OLYMPUS DIGITAL CAMERADe beesten negeren ons volledig en gaan als volleerde swingers door met de groepssex. De hofmakerij van sepia’s kan weken duren en meestal wordt een vrouwtje omringd door meerdere mannetjes. Ze zitten dwars over elkaar, verdringen elkaar terwijl de vrouwtjes bevrucht worden. Dat doen ze op een weinig opwindende manier: het mannetje beschikt over een voortplantingsarm (de hectoctylus) die niets anders doet dan een in een soort condoom verpakt spermapakketje aan het vrouwtje geven die het in een soort mantel bewaard. Als hij trouwens zijn gevulde condoom aflevert, blaast hij eerst met een straal water de mantel schoon om eventuele succesvolle voorgangers die een pakketje af hebben kunnen leveren, alsnog te slim af te zijn. Het vrouwtje kan daarna het pakketje naar believen bewaren totdat de omstandigheden om de eitjes te bevruchten ideaal zijn. Als het moment daar is schiet ze de bevruchten eitjes in een soort straal naar de stokken waar ze aan van gekleefd worden. De sepia’s zwemmen rond de rekjes en komen op nog geen 50 centimeter afstand voorbij gezwommen. Ze zijn prachtig gekleurd, donker bruine lijnen in een bijna zebra-achtig patroon. De kleur van het vrouwtje verschiet tijdens het paren van bijna zwart tot bijna wit. De vinnen (die tot een soort franje verworden zijn) bewegen prachtig langs het lichaam, de onderkant van de sepia is groenig met een regenboogeffect. De tien poten zijn soms als een slurf samen gevouwen, dan weer schieten de armen alle kant op of hangen ze als een slordige spuuglok naar voren. Bijna twintig minuten kijken we toe naar dit prachtige schouwspel, maar als de duur van de duik richting de 80 minuten begint te lopen moeten we ons los scheuren van het betoverende schouwspel. Op de terugweg, al safteystoppend op 5 meter krijgen we als toetje nog een veld vol met prachtige groene wierslakken te zien en zien we een prachtige kompaskwal met sierlijke tentakels van zeker een meter lang. Twee en tachtig minuten na het begin keren we terug van een absolute topduik.

 

Snoekeneiland
Walvishaaien